1999 – David den Breejen

Ruimtelijk vormgever David den Breejen werkte in 1999 aan zijn project voor de Rietveldzuil. De inspiratie hiervoor was een in 1972 verschenen boek van het architecten-echtpaar Robert Venturi en Denise Scott Brown, getiteld Learning from Las Vegas: the forgotten symbolism of architectural form. Het boek doet verslag van een onderzoek naar een specifieke ‘functie’ van de architectuur in Las Vegas: het gebouw als drager van beelden en voorstellingen.

De thematiek van dit onderzoek sloot direct aan op de geschiedenis van de Rietveldzuil, waarin de bijzondere verschuiving terug te vinden is van pure functionaliteit als voorlichtingszuil naar een monument met culturele, symbolische waarde. Waar Venturi en Scott Brown zich afzetten tegen pure functionaliteit en het opnemen voor de beeldende, symbolische waarde van architectuur, getuigt de geschiedenis van de Rietveldzuil van de verzoening van deze schijnbaar contrasterende aspecten. David den Breejen maakte van de zuil een verkeersteken dat in Amerika veel gebruikt wordt ter aanduiding van een motel. De rode neonpijl is op een ondergrond van gele tekentjes aangebracht, waartussen met regelmaat het woord ‘Stardust’ (sterrenstof) verschijnt. Dit is de naam van een onbemand ruimtevaartuig dat in 1999 gelanceerd werd om op 2 januari 2004 op een afstand van 300 km een komeet te kunnen fotograferen. Het ruimtevaartuig ving komeetdeeltjes op die het terugbracht naar de aarde voor nader onderzoek.

Opnieuw werd een kosmische gebeurtenis in een voorstelling geïntegreerd. Met deze verwijzing werd de historische en de narratieve dimensie van het project verzwaard. Immers, het tijdelijke project in Eindhoven viel samen met de ruimtereis naar een komeet waarvan stofdeeltjes nu hier op aarde zijn. Op de luifel had David den Breejen een neonteken geplaatst met de woorden ‘no vacancy’, waarvan het ‘no’ af en toe uitging. Met de verplaatsing van de beeldcultuur van de Amerikaanse snelweg naar Eindhoven werd een statement over architectuur gegeven, waarin zij tot een logica van snelheid en beweging wordt. Hier past een citaat van de Franse filosoof Paul Virillo: ‘Maar de snelheid als ideaal, als zelfstandig gezicht van het moderne, kent twee kanten: een dag- en een nachtzijde. Want de fysici zijn ervan overtuigd geraakt dat de snelheid van het licht niet de absolute snelheid is. Zij weten dat er nog een grotere snelheid bestaat, waarbij de explosie (licht aan), omslaat in een implosie (licht uit).
Uit: Beeld, nr. 2, 1984.

1999-DaviddenBreejen-01
1999-DaviddenBreejen-02
1999-DaviddenBreejen-04
1999-DaviddenBreejen-05
1999-DaviddenBreejen-06